- Een chauffeur die door zijn werkgever werd beschuldigd van “rijden onder invloed van drugs” is onterecht ontslagen, zo oordeelt de rechter.
- De man had eerder een rijverbod van zes weken opgelegd gekregen in Duitsland wegens rijden onder invloed.
- De ex-werknemer kan aanspraak maken op een vergoeding van ruim 12.000 euro.
- Lees ook: Werknemer die Chroom-6 loosde in gootsteen, eist €140.000 na ontslag – rechter vindt dat te gortig
Een chauffeur die eerder in Duitsland een rijverbod opgelegd had gekregen wegens rijden onder invloed van drugs, is onterecht ontslagen door zijn werkgever in Nederland. Omdat er “geen dringende reden” voor zijn ontslag was, krijgt hij een bruto vergoeding van ruim 12.000 euro, plus achterstallig loon.
Dat bepaalde een kantonrechter in Dordrecht afgelopen week, zo blijkt uit een donderdag gepubliceerd rechtbankverslag op Rechtspraak.nl.
De chauffeur werkte bij Exotic Fresh Nederland (EFN), een inmiddels ter ziele gegane groothandel in groente en fruit uit Azië. Omdat de zaak al was ingediend voordat EFN er de brui aan gaf, vindt de zaak alsnog doorgang.
Rijden onder invloed van drugs
De chauffeur werd op 20 juni dit jaar op staande voet ontslagen vanwege “rijden onder invloed van drugs”. De chauffeur zou die dag naar Duitsland rijden voor zijn werkgever, maar weigerde deze opdracht.
In Duitsland had hij eerder al een rijverbod van zes weken opgelegd gekregen, vanwege rijden onder invloed van drugs. Hier had de chauffeur zijn baas al op gewezen, wat voor zijn werkgever "toen dus geen dringende reden" voor ontslag was.
Zijn oud-werkgever onderbouwt het ontslag op staande voet op 20 juni echter met de reden dat onder invloed rijden gevaarlijk is voor zowel de chauffeur, zijn collega's als andere weggebruikers. Volgens de kantonrechter had de werkgever voor dat ontslag echter geen dringende reden, waardoor het onmogelijk zou zijn om door te gaan met de chauffeur.
De chauffeur droeg namelijk aan dat hij de zes maanden voor zijn ontslag, geen ritten meer in Duitsland had gereden, maar in Nederland en België. Zijn werkgever betwist dit, maar die - niet in het verslag gepubliceerde - verklaringen vindt de rechtbank onvoldoende gemotiveerd, omdat ze "onsamenhangend en niet eenduidig" zijn.
Bovendien heeft de werkgever "ondanks herhaald verzoek" de aard van het ontslag nooit schriftelijk willen bevestigen. EFN reageerde daarbij niet op brieven van de chauffeur hierover.
De chauffeur krijgt een billijke vergoeding van 3.000 euro bruto, een transitievergoeding van 1.520,55 bruto euro en een schadevergoeding van 7.825,73 euro bruto. Ook heeft de chauffeur recht op enkele weken loon, die hij onterecht niet ontvangen zou hebben. Daarnaast moet het opgeheven EFN in de proceskosten voorzien.
Eerder al onterechte fraudebeschuldiging
EFN genoot bovendien een reputatie op het gebied van onrechtmatige ontslagen, zo lijkt het. Eind augustus oordeelde een kantonrechter al dat het toen nog actieve bedrijf ook al een andere medewerker onterecht had ontslagen.
De onderneming beschuldigde indertijd een medewerker van zowel frauderen als het stelen van goederen, terwijl daarvoor volgens de rechter geen bewijs was. De werkgever schetste volgens de rechter "een scenario (...) dat leest als een film", maar "zonder feitelijke onderbouwing". Het kostenplaatje voor deze "film" bedroeg EFN indertijd ruim 23.000 euro bruto.
De chauffeur is inmiddels ingeschreven voor een betaald werk- en leertraject tot vrachtwagenbestuurder. De lessen beginnen voor hem over enkele weken, zei de chauffeur tegen de rechter.